top of page

ST-STYLE MZ012 "RYUCHI"

Photo coming soon.

De maple hals met het donkere rosewood fretboard gecombineerd met een zwarte alder body

vormen het decor voor een verhaal dat zich afspeelt in het oude Japan.

Auteur Petra Coret, vertelt op fantasievolle en meeslepende wijze het verhaal van de jonge samoerai Ryuchi en zijn liefde voor de mooie Sakura, van wie hij door oorlog gescheiden is. Petra  heeft zich laten inspireren door de beeltenis van deze gitaar.

Remove background project (7).png
Remove background project hk4.png

SPECIFICATIONS ST-STYLE 

SERIALNUMBER; MZ012 “RYUCHI”

 

PICKGUARD;       Handpainted Japanese themed artwork.

                             Finished with matt lacquer.

BODY;                  Two piece lightweight alder, black.

                             Nitro lacquer light relic (By MJT).    

NECK;                  Maple with rosewood fingerboard, 21vintage tall frets, fat c shape.

                            Gun stock oil finish. Graphtech nut.

PICKUPS;            Lollar Special Blonde.

ELECTRONICS;  CTS 250k pots, CRL 5 way switch, Orange drop capacitator.

                            Vintage cloth wiring.

HARDWARE;       Gotoh, master relic series.

 

Comes with deluxe hardcase, coa, leather guitarstrap and additional case candy.

Remove background project (9).png

Ryuchi was zijn naam. Zo had zijn overgrootvader hem genoemd omdat hij als baby al zo sterk en dapper was als een draak. Zoals alle zoons van samoerai begon zijn training toen hij nog vrij jong was. Zwaardvechten moest hij leren en boogschieten. En van zijn oude en fragiele overgrootvader, die ondanks zijn hoge leeftijd een geest had die zo scherp was als een katana, leerde hij geschiedenis, krijgskunst en muziek.

Wat zijn familie miste aan geld en macht werd gecompenseerd door hun eer. Zijn voorouders hadden meegevochten aan de zijde van beroemde krijgsheren en hadden steeds respect verworven door hun daden. Van een van hen had hij zelfs de zwaarden geërfd die hij hanteerde.

Op een dag begeleidde hij de krijgsheer die hij diende naar het huis van een edelman. Deze stond bekend om zijn prachtige tuin waar in de lente volop de geur van kersenbloesem hing. Tijdens de gesprekken tussen de edelman en de krijgsheer werd Ryuchi afgeleid door een betoverende melodie die hem recht in zijn hart raakte. Ondanks het feit dat hij eigenlijk geacht werd om bij de krijgsheer in de buurt te blijven volgden zijn voeten de muziek steeds verder de tuin in. 

Het was inderdaad een wondermooie tuin, maar hij had er weinig aandacht voor. Onrustig dwaalde hij langs langs bomen waar kleurrijke vlinders vlogen en verborgen vogels hun lied zongen. Op de een of andere manier was het allemaal in harmonie met elkaar. Was de tuin dan toch magisch, zoals hem was verteld? Net toen hij op het punt stond om het op te geven vond hij haar. Sakura, zoals ze liefkozend genoemd werd.

De stem bleek toe te behoren aan een jonge vrouw die bij een vijver zat temidden van een wolk van ademloos toehorende, om haar heen dansende kami. Bij de geesten bevond zich zelfs een jonge draak. Deze vloog onmiddellijk naar hem toe en keek hem wat aanvoelde als eeuwenlang diep in de ogen alsof hij de diepste zielenroerselen van de jonge samoerai probeerde te doorgronden. Het was een magnifiek wezen, dat moest hij toegeven. En hij hield zichzelf voor dat er geen enkele reden was om bang voor hem te zijn. Die grote bek vol scherpe tanden die voor zijn neus zweefde was toch enigszins ongerustmakend. Gelukkig duurde dat maar even en toen vloog de groene draak weer terug.  En op het moment dat Ryuchi in de ogen keek van de jonge zangeres was zijn lot beslist en zijn hart vergeven. Wat er verder zou gebeuren: zij waren voor elkaar bestemd. 

Nu was het in hun tijd en cultuur volstrekt niet vanzelfsprekend dat mensen hun eigen partner uitzochten maar zoals de krijgsheer uiteindelijk zei: als de kami zelf deze relatie goedkeurden, zou alleen een dwaas het verbieden

Helaas ging buiten de wereld gewoon door met alle lelijkheid van dien en werd Japan geconfronteerd met een vloot vol soldaten die de heerser van China op hen afgestuurd had. De ene nederlaag na de andere volgde elkaar voor de verdedigers van Japan. De invallers waren in de meerderheid en gebruikten andere wapens en tactieken dan ze gewend waren. Bij de baai van Hakata maakte de vijand een bruggenhoofd, om van daaruit de rest van Japan te veroveren.

Ryuchi was een van de samoerai die naar de baai gestuurd was om de vijand tegen te houden. Hij zag het somber in. Natuurlijk zou hij alles doen wat hij kon; het was immers zijn plicht. Zoals een ware samoerai betaamde was hij niet bang voor de dood maar het speet hem dat hij geen fatsoenlijk afscheid had kunnen nemen van zijn geliefde Sakura. De muziek van de oorlogstrommels nam de plaats in van de lieflijke lied van de tuin.

In de nacht stond de rusteloze krijger op om naar de soldaten te kijken die in het vijandelijke kamp krioelden als mieren. Iets had hem gewekt nadat hij eindelijk de slaap had gevonden. Een melodie, een gevoel. Hij kon het niet plaatsen. Wat er precies gebeurde kon hij later niet verklaren maar het leek wel alsof een ander soort legermacht de vijand belaagde. En deze vocht met iets volstrekt anders dan zwaarden en bogen. Er stak onverwacht een verschrikkelijke typhoon op die een derde van de vijandelijke troepen vernietigde en een groot deel van de vloot, zodat de vijand geen andere keus had dan zich terug te trekken. De kami zelf verdedigden Japan. 

Het waren er meer dan hij ooit in de tuin had gezien. En daar, in het midden van de woeste wervelwinden, die Ryuchi op de een of andere manier niet raakten, vloog een jonge groene draak die hij herkende als Tatsu, als dat tenminste zijn echte naam was. Je weet het immers nooit met draken. Zijn dodelijke woede klonk in het lied dat hij zong in een taal die niemand spreekt behalve draken en tegelijkertijd was het ook een lied van liefde. De windmagie van Tatsu geselde de schepen en dreef de vijand weg van Japan.

Sold  (played by Dany Lademacher)

bottom of page